Tuesday, April 8, 2014

Blaar.

Met Corinna na de Zandvoort Circuit Run!


Blaren! Dat was even geleden. De reden lag bij een voor mij bijzondere race: de Runner's World Zandvoort Circuit Run! Bijzonder, want ik werk bij Runner's World en was vooral dit jaar veel betrokken bij het evenement vanwege mijn extra marketingstage. Maar goed, Zandvoort, de naam zegt het al...Zand. Voort.

Het parcours begint op het Zandvoort Circuit, vervolgens duik je het strand op (als je de 12K afstand doet, niet de 5). Ik vermoed dat hier mijn vriendje geboren is. Na het strand duik je Zandvoort in, een bizar gezellig stuk om te lopen. Altijd afgeladen, altijd muziek, altijd stapels aanmoedigingen. Dan terug het parcours op, om als een racewagen de finish over te beuken. Althans, zo doe ik dat graag, eindsprintjes (Leo, je moet de finish-video even opzoeken, je lacht je plat).

Dit jaar was ik dik tevreden met mijn tijd, 5 minuten sneller dan vorig jaar (toen het gevoelstemperatuur -10 was...) en 3 minuten sneller dan 2011: 52:10. Gezien het parcours kan ik hier prima mee thuiskomen.

En trouwens wonnen we met ons Runner's World-team het businessteam-klassement! Bloemen! Een beker! Mijn enige kans ooit om iets te winnen met hardlopen, en dat is gelukt. Dankzij mijn snelle collega's. Nu kan ik weer rustig op de 138491ste plek van een wedstrijd binnenkomen en me nergens voor schamen. Eigenlijk schaamde ik me toch al niet. Maar toch! Bloemen! Beker!

Maar, toen ik daarna met Corinna aan het strand zat aan patat, kibbeling en een biertje (herstel voedsel? Carb loading? Nee?) dacht ik al een steentje in mijn schoen te hebben. Bij thuiskomst bleek het een blaar te zijn, op een wel heel bijzondere plek: rechtervoet, deels aan de zijkant van mijn voet, deels onderkant. Hij liep dus het hoekje om. Vreemd.

Twee dagen later ging ik weer lopen. De blaar keek me aan en gaf me toestemming. 'Ga maar lopen, knaap. I'll take care of things down here!' Gerustgesteld door mijn waterige vriend ging ik op pad. Een lekker uurtje intervalknallen, de stijve benen hadden een momentje nodig, maar het ging lekker. De blaar deed pijn, maar het viel mee. Dacht ik.

Ik vertrok op Mizuno's en kwam thuis op Nike Water Max. Mijn schijnheilige blaar had me in de val laten lopen: hij had zijn vrienden erbij gehaald. Of sterker nog: een vriend. Mijn vijand. Zonder grappen: er zat een blaar onder mijn blaar. Twee tot drie keer zo groot als mijn leugenachtige eerste blaar. (ik heb er foto's van, maar misschien is dit niet het meest sexy beeld.)

Gezamenlijk lachten ze me toe (/uit) en het was duidelijk: even een paar daagjes niet lopen.

Tot zaterdag heb ik niet gelopen. Toen liep ik de halve marathon van Praag, maar dat is voor een volgend verhaal. Compeeds, die blarenstickers hebben me gered. Nu is de voet weer intact. Al ziet de zijkant er nog een beetje uit als een mix tussen een maandlandschap en een rosbief.

Maar lopen kan weer prima!


No comments:

Post a Comment